Johanna Kruit werd geboren in Zoutelande (1940 - Zeeland) in een gezin van
elf kinderen. Haar vader was boekhandelaar. Ze groeide op in een hoog huis
achter de duinen. Vanuit haar zolderkamer kon ze nog net de zee zien. Als kind
zwierf ze vaak langs het strand en door de duinen, en dat doet ze nog
steeds. |
|
Ze bezocht een paar jaar de Mulo en werkte vervolgens als verpleeg-ster in
een kindersanatorium. Na haar huwelijk met Henk, in 1962, verhuisde Johanna naar
Biggekerke, waar ze nu nog steeds woont.
Ze kreeg twee kinderen, waarvoor ze
verhalen schreef, sprookjes-boeken maakte en liedjes verzon.
Ook had ze een
poosje een eigen jeugdrubriek in een regionaal blad. |
|
In 1976 debuteerde ze bij uitgeverij WEL met de poëziebundel 'Achter een
glimlach' (voor volwassenen).
Hierna verschenen nog een tiental bundels voor
volwassenen, o.a. bij uitgeverij Holland en Thomas Rap. |
|
Intussen ontwikkelde ze zich meer en meer als auteur van poëzie en proza voor
jongeren. Haar eerste dichtbundel voor de jeugd verscheen in 1989: 'Als een film
in je hoofd'.
Daarna verschenen meerdere bundels en publiceerde ze geregeld verhalen en
gedichten in onder meer Vrij Nederland (De Blauw Geruite Kiel), Margriet, Okki,
Taptoe, Mik-Mak en andere tijdschriften voor de jeugd. Bij uitgeverij Bakermat
(België) verschenen tevens verhalen en boeken voor kinderen die net kunnen
lezen. |
|
Voor de dichtbundel 'Zoals wind om het huis' kreeg Johanna in 1996 een Vlag
en Wimpel. Er volgden nog vele bundels en boeken bij diverse uitgeverijen en ze
maakte deel uit van diverse jury's (o.a. voor 'doe maar dicht maar', een
landelijke poëziewedstrijd voor de jeugd) |
|
De geboorteplek van Johanna Kruit speelt een belangrijke rol in haar werk:
het waait en zingt en ruist in haar gedichten.
Samen met o.a. Leendert
Witvliet, Wiel Kusters, Remco Ekkers enTed van Lieshout wordt ze gerekend tot de
zogenaamde Blauw Geruite Kiel-groep, die zich kenmerkt door een vrije manier van
dichten. |
|
Er is veel ruimte voor verwondering en het geheimzinnige in de gedichten van
Johanna. Haar gedichten ademen de sfeer van het grensgebied tussen slapen en
waken. Belangrijke thema's zijn: het besef van eeuwigheid en nietigheid en het
verlangen naar geborgenheid en liefde.
gedichten :
- Vlinders
- Brief aan de zee
- Een droom
- Geheim
- Straks
- Doodgaan
- Vaders
|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten